NEN 6060

Brandveiligheid van grote brandcompartimenten

Inhoud van de norm

Aan de hand van de methode uit de NEN 6060 kan bepaald worden wat de maximale uitbreidingsgebieden kunnen zijn in een brandcompartiment en voor het veilig vluchten. Om dit te bereiken, wordt een inventarisatie gemaakt van alle brandbare materialen binnen en buiten het gebouw. Op basis hiervan wordt berekend wat de maximale omvang van een brandcompartiment mag zijn. Soms zijn extra voorzieningen nodig, zoals brandmuren, rookbeheerssystemen en/of sprinklerinstallaties.

De NEN 6060 omvat componenten die bekend zijn uit het berekenings- en beslismodel en de Beheersbaarheid van Brandmethode van 2007. Bovendien biedt de NEN 6060 opties voor het toestaan van grotere loopafstanden in grote brandcompartimenten.

Bij Stravea werken we elke dag aan een veilige leefomgeving. We stemmen onze werkzaamheden precies af op uw situatie. Benieuwd wat we voor uw organisatie kunnen betekenen? Vraag een vrijblijvende offerte aan. We nemen zo snel mogelijk contact met u op.

Onze adviesdiensten

  • Rapportage NEN 6060 gelijkwaardigheid grote brandcompartimenten
  • Toezichtarrangement NEN 6060
  • Opname vuurbelasting
  • Onderzoek bestaande rookbeheersingssystemen

Toepasbaarheid norm

Het tweeledige basisprincipe van de beperking van uitbreiding van brand volgens NEN 6060 is als volgt:

Er wordt een controleerbare beperking gesteld aan de totale hoeveelheid brandbaar materiaal in en aan het brandcompartiment, wat resulteert in een gebruiksafspraak die afhankelijk is van het gekozen maatregelpakket. Dit houdt in dat de hoeveelheid brandbaar materiaal in de constructie en inventaris wordt beperkt.

Er worden eisen gesteld aan de minimale WBDBO, die varieert afhankelijk van de omhulling van het brandcompartiment. Deze eisen zijn afhankelijk van verschillende factoren, voornamelijk de verwachte brandduur in het compartiment. De WBDBO-eis kan oplopen tot maximaal 240 minuten en kan dus hoger zijn dan die in het Bouwbesluit 2012.

 

Een nieuw te bouwen gebouw dient in beginsel te voldoen aan de voorschriften van het Bouwbesluit 2012. Een van deze voorschriften is gericht op het beperken van ongehinderde branduitbreiding tot een specifiek deel van het gebouw. Hiervoor moet het gebouw worden onderverdeeld in één of meerdere brandcompartimenten. Het Bouwbesluit 2012 bevat prestatie-eisen voor de maximale omvang van een brandcompartiment. Voor de functie industrie is het mogelijk om een brandcompartiment te creëren met een gebruiksoppervlakte van maximaal 2.500 m². Voor andere gebruiksfuncties, zoals kantoren en onderwijsgebouwen, geldt een maximale omvang van 1.000 m².

Een brandcompartiment met een gebruiksoppervlakte die groter is dan de grenswaarde die wordt gesteld in de prestatie-eisen van het Bouwbesluit 2012 wordt beschouwd als een groot brandcompartiment. In sommige gevallen kan het voor de eigenaar of gebruiker van een gebouw noodzakelijk zijn om één of meerdere grote brandcompartimenten te hebben. In dat geval kan er een beroep worden gedaan op het gelijkwaardigheidsbeginsel (artikel 1.3 Bouwbesluit 2012). Dit houdt in dat er een andere oplossing mag worden voorgesteld die voldoet aan de functionele eisen voor beperking van uitbreiding van brand en veilig vluchten. NEN 6060 biedt bijvoorbeeld een aantal maatregelpakketten die allemaal leiden tot de gewenste gelijkwaardigheid. Deze maatregelpakketten kunnen worden beschouwd om de gelijkwaardigheid te motiveren.

Vuurlastberekening

De vuurlast, ook wel vuurbelasting genoemd, is een maatstaf voor de hoeveelheid energie per vierkante meter die vrijkomt wanneer een gebouw in brand staat en volledig verbrandt, inclusief de aanwezige goederen en inrichting.

Een vuurlastberekening kan voor diverse doeleinden worden gemaakt. Het berekenen van de permanente vuurbelasting van een gebouw kan bijvoorbeeld leiden tot vermindering van de vereiste brandwerendheid van de hoofddraagconstructie, zoals aangegeven in het Bouwbesluit. Als de permanente vuurbelasting minder is dan 500 MJ/m2, kan in sommige gevallen de eis met 30 minuten worden verminderd. Dit betekent dat bijvoorbeeld (stalen) balken en kolommen niet 60, maar slechts 30 minuten brandwerend hoeven te worden bekleed.

Het berekenen van de permanente en variabele vuurbelasting van een gebouw is een essentieel onderdeel van de NEN 6060-methode voor brandveiligheid van grote brandcompartimenten. De resultaten van de vuurlastberekening bepalen namelijk de maximale grootte van de brandcompartimenten.

Maatregelpakketen

Pakket 1

Maatregelpakket 1 is het basispakket dat grotere brandcompartimenten toestaat op basis van een beperking van de aanwezige vuurbelasting en daarbij passende eisen aan de omhulling. Maatregelpakket 1 maakt gebruik van bouwkundige maatregelen in plaats van installatietechnische maatregelen.

Pakket 2

Maatregelpakket 2 is een optie waarbij de aanwezige vuurbelasting in het brandcompartiment onder bepaalde voorwaarden twee keer hoger mag zijn dan bij maatregelpakket 1. Dit wordt mogelijk gemaakt door de toevoeging van een gecertificeerde brandmeldinstallatie met volledige bewaking en directe doormelding naar de brandweeralarmcentrale volgens NEN2535, evenals een Rook en Warmte Afvoerinstallatie (RWA).

Pakket 3

Het maatregelpakket 3 is specifiek bedoeld voor bijzondere situaties waarbij er sprake is van bulkopslag met compact opgeslagen materialen met een lage afbrandsnelheid.

Pakket 4

Maatregelpakket 4 is een pakket waarbij, afhankelijk van het uitvoeringsniveau van de gecertificeerde automatische blusinstallatie, een 20 tot 33 maal hogere vuurbelasting dan bij maatregelpakket 1 in het brandcompartiment is toegestaan.

Toezichtarrangement

Bij het gebruik van de methode NEN 6060 is het verplicht om een toezichtarrangement te hebben. De frequentie van het toezicht moet worden afgestemd met het bevoegd gezag. Het toezicht moet worden uitgevoerd in overeenstemming met de beschrijving in paragraaf 6.3.4 van de norm NEN 6060:2015. De gebruiker van het pand moet het toezichtarrangement afsluiten met een onafhankelijke en deskundige instelling, die nog nader bepaald moet worden.

 

Bluswatervoorziening

Bij het gebruik van de NEN6060 kunnen er extra eisen gesteld worden, bijvoorbeeld aan de beschikbaarheid van bluswater. Indien de openbare bluswatervoorziening ontoereikend is, moeten de eigenaren van het terrein of het gebouw zelf zorgen voor een adequate bluswatervoorziening. Er zijn drie soorten bluswatervoorziening: primair, secundair en tertiair. Het is duidelijk dat bij een grote brand de brandweer intensief zal worden ingezet. Brandcompartimenten die voldoen aan de norm zijn relatief veiliger dan standaard compartimenten die slechts voldoen aan de prestatie-eisen van het Bouwbesluit 2012. Het totale aantal branden zal naar verwachting niet significant toenemen. Echter, wanneer een brand zich ontwikkelt binnen een groot compartiment zal er snel sprake zijn van een grote brand. Raadpleeg de Handreiking Bluswatervoorziening en Bereikbaarheid van Brandweer Nederland voor informatie over de benodigde primaire, secundaire en tertiaire bluswatervoorziening.

 

 

Brandoverslag

Net zoals in het Bouwbesluit zijn in de NEN 6060 eisen opgenomen met betrekking tot de weerstand tegen branddoorslag en brandoverslag (hierna aangeduid als WBDBO). De vereiste WBDBO is afhankelijk van de aanwezige vuurbelasting en eventuele toeslagen. Tussen een brandcompartiment op eigen terrein en aangrenzende percelen (spiegelsymmetrisch) bedraagt de vereiste WBDBO minimaal 60 en maximaal 240 minuten. Branduitbreiding naar een ander brandcompartiment binnen hetzelfde gebouw of een ander gebouw kan op twee manieren plaatsvinden: branddoorslag, waarbij het branduitbreidingspad zich binnen het gebouw bevindt en brandwerende binnenwand-, vloer- en plafondconstructies nodig zijn, en brandoverslag, waarbij het branduitbreidingspad via de buitenlucht loopt, zoals uitslaande vlammen of stralingswarmte die vrijkomt na een bezweken gevel, en brandwerende buitenwand- en dakconstructies nodig zijn.

De omhulling moet bestand zijn tegen de verwachte brandduur in het brandcompartiment, waarbij afhankelijk van het maatregelpakket een extra toeslag (veiligheidsmarge) kan worden geëist of een vermindering als compensatie voor bepaalde aangebrachte voorzieningen (sommige maatregelpakketten).

Meer weten?

Wilt u meer weten over onze werkzaamheden en het bedrijf dan staan wij u graag te woord.